Wanneer onderzoek wordt gedaan bij één onderzoekseenheid dan wordt gesproken over een case-study. Deze vorm van onderzoek wordt vaak toegepast wanneer er in de praktijk sprake is van een heel specifiek of complex geval. Je hebt als leraar LO bijvoorbeeld met een of twee leerlingen te maken die agressief gedrag vertonen in je lessen. Of je hebt te maken met een leerling die zo onzeker en angstig lijkt te zijn dat hij voortdurend vermijdend gedrag vertoont in je les. Als je erachter wilt komen waarom deze leerling dit gedrag vertoont en wat je daar als leraar LO mee zou kunnen doen, dan lijkt een casestudy het meest geschikt. Met deze vorm van onderzoek ga je echt de diepte in en vindt het onderzoek volledig plaats in de natuurlijke omgeving (in dit geval de gymles). Omdat het onderzoek zich vaak richt op relaties en processen, wordt er vooral gebruik gemaakt van kwalitatieve onderzoeksinstrumenten (o.a. interview, observatie en logboeken). [leesmeer]
Een casestudy betreft dus een zeer intensief onderzoek naar één casus. Een casus kan een leerling zijn, maar ook een leraar, vakgroep, klas of school betreffen.
Praktijkonderzoek kent dus allerlei verschillende vormen. Afhankelijk van wat je onderzoeksvraag is kies je voor de meest geschikte vorm. Het uiteindelijke doel van de verschillende vormen van praktijkonderzoek is hetzelfde, namelijk een bijdrage te leveren aan de professionaliteit en kwaliteit van het bewegingsonderwijs voor onze leerlingen en het innoveren van jouw vak!